In “Culturele veldslagen” onderzoekt Gijs van Oenen de filosofische en historische achtergronden van de zogenaamde culture wars, waarin culturele stellingen werden en worden bevraagd en aangevochten met een beroep op identiteit, zelfbegrip en sociale tegenstellingen.
In zijn boek, “Overspannen democratie”, stelde Gijs van Oenen dat we op het toppunt van democratie zitten. Hij onderzocht daarentegen wel de uitdagingen waarvoor de democratie staat in de toekomst. Gijs van Oenen onderbouwde zijn analyse met inzichten uit politieke theorie, filosofie en sociologie, maar ook uit de praktijk van politiek en bestuur. In dit essayistisch geschreven boek stelde hij een prikkelende diagnose van de ‘democratische vermoeidheid’ van de moderne mens en schetste hij een controversieel beeld van de ‘algoritmische democratie’ die hierop een antwoord zou kunnen vormen.
In zijn al even interessante “Culturele veldslagen” bestoken partijen elkaars culturele stellingen met claims en verwijten over identiteit, zelfbegrip en sociale tegenstellingen. Cultuurmarxisten, social justice warriors, alti-righters, populisten en woke-activisten strijden in kwesties als Black Lives Matter en #MeToo over voorrechten en achterstelling, soms met ironie, soms verbitterd, maar altijd vanuit de vaste overtuiging van een gelijk dat is verbonden met de eigen identiteit. Juist in die stellige overtuiging lijken links en rechts op elkaar, net als in hun afkeer van hun gezamenlijke vijanden: het liberale denken, de burgerlijke normaliteit en het kapitalisme.
Cultuurstrijd, culture war of Kulturkampf, is de naam voor een politiek conflict tussen verschillende sociale groepen, die elk streven naar culturele dominantie binnen een samenleving. Vaak ging en gaat het om een conflict tussen een progressieve, seculiere of stedelijke groep, versus een conservatieve, religieuze of agrarische groep. De term (Kulturkampf) is oorspronkelijk afkomstig van de Duitse bioloog, schrijver en politicus Rudolph Virchow, waarmee deze verwees naar het conflict in de late 19de eeuw om de Europese hegemonie, tussen de Pruisische regering van de protestant Otto von Bismarck en de Rooms-Katholieke Kerk.
De term cultuurstrijd (culture war) wordt tegenwoordig vooral gebruikt om te verwijzen naar een reeks politieke conflicten, die het Amerikaans politiek landschap domineren sinds het einde van de 20ste eeuw. Discussies over onderwerpen zoals abortus, rechten van de LGBTQ+-gemeenschap, segregatie, pornografie, multiculturalisme en andere morele discussies over culturele praktijken vallen hieronder.
In zijn nieuw boek “Culturele veldslagen”, beschrijft Gijs van Oenen hoe de zogenaamde culture wars enerzijds voortvloeiden uit vernieuwende ideeën binnen het marxisme over het belang van cultuur, en anderzijds aangedreven werden door radicale inzichten uit de Franse filosofie over taal, waanzin en seksualiteit. Deze inzichten, van met name Derrida en Foucault, hebben in de afgelopen halve eeuw ingrijpende gevolgen gehad voor ons denken en doen, in kwesties als multiculturalisme, etniciteit, zwart bewustzijn, postkolonialisme, gender, seksualiteit en heteronormativiteit. Het bijzonder interessant boek is voorzien van een handig en toch wel indrukwekkend personen- en zakenregister.
Gijs van Oenen (°1959) studeerde politicologie aan de Universiteit van Amsterdam. Hij studeerde af in 1986, en promoveerde in 1994 aan de juridische faculteit van dezelfde universiteit. In het verleden was hij (ook) verbonden aan de Academie van Bouwkunst Rotterdam, de Universiteit van Amsterdam, Webster University Leiden en de Hogeschool Haarlem. Met “Overspannen democratie” (2018) haalde hij de shortlist van de Prinsjesboekenprijs en de longlist van de Socratesbeker. Hij is universitair hoofddocent filosofie aan de Erasmus School of Philosophy, Erasmus Universiteit Rotterdam. Daar buigt hij zich politieke & sociale filosofie, en filosofie van mens en cultuur. Hij was leider van het NWO-project “Interactive metal fatigue” (2007-2012) en is tevens fellow van het Erasmus University College.
Gijs van Oenen Culturele veldslagen 319 bladz. uitg. Boom ISBN 978 90 2445 014 5