Batavia was van 1619 tot 1799, het hoofdkwartier van de VOC in Azië. In oktober 1740, voltrok zich in Batavia, het huidige Jakarta, de hoofdstad van de Republiek Indonesië, een drama, bekend als de Chinezenmoord of Bataviase Furie. Meer dan 8-tot 10.000 Chinezen, mannen, vrouwen en kinderen, gevangenen en zieken, werden vermoord…
Verscherpte maatregelen tegen sluikhandel omwille van buitenlandse concurrentie, leidden tot de totale ineenstorting van de suikerhandel in de stad. De rechteloze Chinese koelies in de streek rond Batavia werden werkloos en zwierven in muitende en plunderende groepen in de ommelanden rond. Ze bereidden een aanslag voor en wilden Batavia overmeesteren. Als reactie op de Chinese volksopstand tegen het VOC-bestuur, richtten de Europese burgers van de stad, hoofdzakelijk Hollandse kolonisten, samen met de matrozen van de vloot, 2 volle dagen lang, een verschrikkelijke slachting aan. Alle Chinese stadgenoten, samen ongeveer de helft van de bevolking, werden vermoord. De moordenaars trokken van huis tot huis, zelfs de ziekenhuizen werden niet overgeslagen. Hoe was zo’n bloedbad mogelijk in het welvarende Batavia, ‘Koningin van het Oosten’, in honderd jaar tijd opgebouwd door Nederlanders en Chinezen samen? Waar moest de schuld worden gezocht voor deze genocide? Er verschenen felle pamfletten, verschillende rechtszaken werden aangespannen maar uiteindelijk verdween alles in de doofpot…
In “De Chinezenmoord” reconstrueert sinoloog Leonard Blussé aan de hand van een rijke verscheidenheid aan zowel Nederlandse als Chinese bronnen, op weergaloze wijze hoe een spectaculair, multicultureel, koloniaal project als Batavia binnen enkele jaren zo dramatisch uiteen kon vallen: het gevolg van een giftig mengsel van natuurrampen, een pandemie, winstbejag en persoonlijke conflicten binnen het VOC-bestuur.
Het boek bestaat uit 5 delen. “Bij het schrijven van dit boek” zo lezen we, “heb ik mij in zekere mate laten inspireren door de dramatische opbouw van ‘enscenering’, ‘expositie’, ‘intrige’ en ‘climax’ en ten slotte de afrekening waarin de hoofdrolspelers tot inzicht komen, de ‘peripetie’. Of dat laatste in Batavia gebeurd is zoals de moralistische toneelschrijvers het graag zagen, valt nog te bezien. De inleiding van dit boek is gewijd aan een analyse van de unieke vorm van koloniale samenwerking, ‘co-kolonisatie’, die gestalte kreeg tussen Europeanen en Chinezen in de door hen samen opgebouwde koloniale, stedelijke samenleving. In de volgende hoofdstukken wordt het ‘voortrekkers’-verhaal verteld van de opbouw van de stad en de ontsluiting van de Ommelanden aan de hand van het leven en werken van twee opmerkelijke mannen, vader Pieter van Hoorn en zijn zoon Joan”.
“Aan de hand van het aantreden van twee jonge compagniesdienaren, Adriaan Valckenier (foto) en Gustaaf Willem van Imhoff” (foto), zo lezen we verder, “wordt belicht hoe de onderlinge verhoudingen binnen de koloniale maatschappij op scherp werden gesteld door een giftig mengsel van een bestuurscrisis, een dodelijke epidemie, veranderende prioriteiten in de handel, een schijnbaar niet te beheersen Chinese immigratie en verslechterde ecologische omstandigheden als gevolg van het ingrijpen van de mens in het omringende natuurlandschap”.
U leest uitvoerig over de Hollandse handel en de Chinese diaspora, Pieter van Hoorns kolonisatieplannen en Joan van Hoorn, kolonisator van de Ommelanden, de bestuurscrisis, Adriaan Valckenier en Van Imhoffs excursie naar Ceylon, Chinese kwesties in de jaren dertig, de reisnotities van Cheng Xunwo, en de Chinese opstand. Nooit eerder werd zo meesterlijk en met zo veel oog voor het sprekend detail ontrafeld wat de Chinezenmoord van Batavia eigenlijk wel behelsde, wat eraan voorafging en hoe dit drama zonder weerga ten slotte onder het tapijt van de koloniale geschiedenis werd geveegd… Een meesterwerk!
De Nederlandse sinoloog en historicus, Leonard Blussé (1946) is gespecialiseerd in de geschiedenis van de relaties tussen Azië en Nederland. Hij studeerde sinologie in Leiden en geschiedenis in Tokyo. Na enkele jaren bij het Bureau Indonesische Studies in Leiden, kwam hij in dienst bij de subfaculteit geschiedenis van de Universiteit Leiden, waar hij in 1998, hoogleraar in de geschiedenis van de Europees-Aziatische betrekkingen werd. Sinds 1999 is hij gasthoogleraar in de geschiedenis van de overzeese Chinezen aan het Nanyang Research Institute van Xiamen University in China.
Voor zijn boek “Bitters Bruid, een koloniaal huwelijksdrama in de Gouden Eeuw” ontving Blussé in 1998, de Belgische Gouden Uil in de categorie non-fictie, en in 2019, ontving hij de prestigieuze Fukuoka Prize van de Japanse overheid. De ondertussen emeritus hoogleraar aan de Universiteit Leiden is lid van de al even prestigieuze, Europese niet-gouvernementele wetenschappelijke academie, Academia Europaea.
Leonard Blussé De Chinezenmoord De kolonisatie van Batavia en het bloedbad van 1740 geïllustreerd 395 bladz. uitg. Balans ISBN 9789463821810