Claude Debussy heeft een diepgaande stempel gedrukt op de muziekgeschiedenis toen hij functionele harmonie oploste onder invloed van muziek uit het Verre Oosten. Tōru Takemitsu moest afstand nemen van zijn eigen cultuur om naar Japanse muziek te luisteren met de oren van een Westers geschoolde musicus, bijvoorbeeld door de benadering van John Cage aan te nemen.
Sheila Arnold (°1970) is een Duitse concertpianiste van Indiase afkomst. Ze werd geboren in India als kind van Indiase ouders en groeide op in Duitsland. Ze werd geboren in Tiruchirappalli in Zuid-India. Na haar eerste pianolessen bij Etta Hilsberg kwam ze op achtjarige leeftijd in de klas van de klaveciniste en organiste Ilse Schwartz in Berlijn. Op tienjarige leeftijd werd ze privé leerlinge van Heidi Köhler in Springe, nabij Hannover. Dit was het begin van een professionele opleiding van acht jaar met concerten en prijzen op nationale en internationale wedstrijden. De kern van de opleiding was het zoeken naar geluid en de integriteit van expressie. Na de middelbare school kwam ze in de klas van de geniale pianopedagoog Karl-Heinz Kämmerling. Andere muzikale invloeden kwamen van Ferenc Rados, Lev Naumov, Hans Leygraf, Elisabeth, Leonskaja, Imogen Cooper, Claude Frank en Denes Zsigmondy. Tussen 2000 en 2005 studeerde Sheila Arnold aan de Universiteit voor Muziek en Theater in Hannover, aan het conservatorium in Dortmund en aan de Folkwang Academie in Essen. In 2005 volgde de Hochschule voor Muziek en Dans in Keulen.
Toru Takemitsu (1930-1996) (foto) kreeg interesse in westerse muziek tijdens de Tweede Wereldoorlog terwijl hij langdurig van een ziekte herstelde. Hij hoorde in zijn ziekbed klassieke muziek van een Amerikaanse militaire omroep. Hij luisterde ook naar jazz uit de platencollectie van zijn vader. Na de Tweede Wereldoorlog besloot hij componist te worden en in 1948 studeerde hij bij Yasuji Kiyose. Hij was erg onder de indruk van de muziek van Claude Debussy en Olivier Messiaen en dat had ook invloed op zijn manier van componeren. In 1950 ging zijn werk “Lento in Due Movimento” voor piano in première. Aanvankelijk had hij maar weinig interesse in traditionele Japanse muziek, maar na 1960 vonden twee nieuwe elementen ingang zijn muziek, de traditionele Japanse muziek en de natuur.
Takemitsu begon te beseffen dat de eerbiedwaardige muziektraditie van Japan lange tijd individuele noten als complexe sonoriteiten op zich had genomen, in plaats van ze te behandelen als onderdeel van een reeks van verschillende noten. Uit de menselijke behoefte aan zowel geluid als stilte, vertelt Sheila Arnold, trok John Cage (1912-1992) (foto) de meest extreme conclusies. Rond 1950 woonde Cage nl. lezingen bij van D.T. Suzuki over zenboeddhisme en bestudeerde Indiase filosofie en muziek. In “First Construction” (In Metal) (1939) werden diverse metalen voorwerpen als muziekinstrumenten gebruikt, en in “Sonatas and Interludes for Prepared Piano” (1946-1948) werden allerlei voorwerpen tussen de snaren van een piano bevestigd om buitengewone slagwerkgeluiden te produceren.
Het concept van een “mooi” geluid, vervolgt Sheila, was nooit statisch in de muziekgeschiedenis. Het is in de loop van de eeuwen veranderd en het verschilt van cultuur tot cultuur. Westerse muzikale esthetica heeft de neiging om onderscheid te maken tussen “geluiden” en “tonen”. Tonen beschikken over goed geordende boventonen. Het concept van “dissonantie” is ook in de loop van verschillende muzikale periodes veranderd, vertelt ze verder. Bovendien hebben musici en hun publiek altijd de behoefte gevoeld om een dissonantie “te proeven”, om er bewust naar te luisteren, om ze te ervaren, voor ze is opgelost.
Aan de andere kant, vervolgt ze, speelt tijd een echt fundamentele rol in hoe een werk wordt ontworpen en gestructureerd, en elke individuele luisteraar ervaart muzikale tijd op een andere manier. Idealiter delen de uitvoerder en de luisteraar hetzelfde tijdsysteem: ze genieten op een vergelijkbare manier van passages, ze horen een stuk met dezelfde focusdiepte. Muziek resoneert in het instrument, in ons lichaam, in de ruimte die ons omringt. Elke noot is in beweging. Wanneer meerdere tonen tegelijkertijd trillen, vormen ze een oceaan van gelijktijdige trillingen. Als we de geluiden en geluiden uit onze omgeving toevoegen, hebben we te maken met een ongelooflijke concentratie van sonische gebeurtenissen binnen een zeer korte tijd.
We worden ons meer bewust van de manier waarop we dingen waarnemen. Als we geluk hebben, begint dit soort bewust muzikaal luisteren van invloed te zijn op hoe we aandacht schenken aan andere mensen, of ze nu spreken of niet. En elkaar een oor lenen is meer dan ooit noodzakelijk geworden”, aldus Sheila Arnold. Wonderbaarlijk interessant, essentieel om de sonore gewaarwordingen, objectief, neutraal en wetenschappelijk te plaatsen en te duiden. Geen plaats voor sentimentaliteit.
Op de cd staan Interlude No. 3 en de “Sonata’s for Prepared Piano” nrs. 2, 5, 6, 7 en 8 van John Cage en “Images pour piano” – Boek 1 van Debussy. Het programma vervolgt met “Danseuses de Delphes”, “Voiles”, “Le vent dans la plaine”, “Ce qu’a vu le vent de l’ouest” en “Les fées sont d’exquises danseuses”, uit het 1ste boek Préludes van Debussy. Daarna komen “Canope” en “Feux d’artifice” uit zijn 2de boek. Tot slot, “Piano Distance” (1961) en “Uninterrupted rests” (1952-1959) van Takemitsu. Warm aanbevolen. Subliem!
Ecoutez! Debussy Cage Takemitsu Sheila Arnold cd Avi Music AVI8553257