Ronald Brautigam presenteert twee van Franz Schuberts late meesterwerken, de Sonates D 959 en D 960. Ze worden hier gespeeld op een pianoforte die Paul McNulty bouwde naar een instrument uit ca. 1819, van de Weense instrumentenmaker Conrad Graf en vermoedelijk vergelijkbaar is met het instrument waaraan Schubert componeerde.
Vierentwintig bestaande sonates en sonatefragmenten, gecomponeerd tussen 1815 en 1828, zijn in 1978 toegevoegd aan de Schubert (D) catalogus uit 1951, van Otto Erich Deutsch (1883-1967). Het aantal sonates, gecomponeerd door Schubert, is weliswaar moeilijk te bepalen, omdat vele helaas niet voltooid werden. Dit was het bv. geval met de waardevolle Sonate in fis D. 571. Deze Sonate werd gecomponeerd in juli 1817 maar werd pas voor het eerst gepubliceerd door Breitkopf & Härtel in 1888. De sonate is onvolledig. Ze bestaat slechts uit één enkele beweging, en zelfs die werd niet voltooid. Anderen, zoals Eusebius Mandyczewski (1857-1929), Howard Ferguson, Noël Lee en Martino Tirimo, hebben geprobeerd de veronderstelde intenties van Schubert te realiseren. Deze hypothetische aanvullingen van de sonate werden door hen ontleend aan afzonderlijk gepubliceerde stukken van Schubert, zoals een (verondersteld) Andante in A, D. 604, een Allegro vivace in D, en een Allegro in fis, D. 570.
Schuberts laatste 3 pianosonates, D 958, 959 en 960, waren zijn laatste grote composities voor piano solo. Ze werden gecomponeerd tijdens de laatste maanden van zijn leven, tussen de lente en de herfst van 1828, maar werden niet gepubliceerd tot ongeveer tien jaar na zijn overlijden, in 1838-1839. Net als de rest van Schuberts pianosonates werden ze in de 19de eeuw grotendeels verwaarloosd. Tegen het einde van de 20ste eeuw was de publieke en kritische mening weliswaar veranderd, en deze sonates worden nu beschouwd als een van de belangrijkste van de volwassen meesterwerken van de componist. Ze maken deel uit van het kernrepertoire voor piano en verschijnen regelmatig op concertprogramma’s en opnames.
Eén van de redenen voor de lange periode van verwaarlozing van Schuberts pianosonates lijkt hun afwijzing als structureel en dramatisch inferieur aan de sonates van Beethoven. In feite bevatten de laatste sonates duidelijke toespelingen op en overeenkomsten met werken van Beethoven, een componist die Schubert vereerde. Uit musicologische analyse blijkt weliswaar dat ze een volwassen, eigen stijl hebben. De laatste sonates van Schubert worden nu geprezen om die volwassen stijl, die tot uiting komt in unieke kenmerken zoals een cyclisch formeel en tonaal ontwerp, kamermuziektexturen en een zeldzame diepte van emotionele expressie. De drie sonates zijn cyclisch met elkaar verbonden door diverse structurele, harmonische en melodische elementen die alle bewegingen in elke sonate samenbinden, evenals alle drie de sonates samen. Daarom worden ze vaak beschouwd als een trilogie. Ze bevatten ook specifieke toespelingen en overeenkomsten met andere composities van Schubert, zoals zijn Winterreise-liederencyclus. Deze verbanden wijzen op turbulente emoties die tot uiting komen in de sonates, vaak opgevat als zeer persoonlijk en autobiografisch. Sommige onderzoekers hebben zelfs specifieke psychologische verhalen menen te hebben gevonden in de sonates, gebaseerd op historisch bewijsmateriaal over het leven van de componist.
Hoewel het verleidelijk is om Schuberts laatste werken te zien als het testament van een gedoemde kunstenaar die voelt dat zijn einde nadert, was de realiteit heel anders: de componist toonde vitaliteit, optimisme en een enorm werkvermogen. Zijn laatste twee sonates laten ook zien dat hij een nieuw niveau had bereikt, nadat hij zich met succes had losgemaakt van het Beethoveniaans model.
De Nederlandse pianist, Ronald Brautigam (1954), studeerde eerst aan het Sweelinck Conservatorium in Amsterdam bij Jan Wijn en vervolgde zijn studie in Londen bij John Bingham en in de VS bij Rudolf Serkin. In 1984 kreeg Brautigam de hoogste onderscheiding in de Nederlandse klassieke muziek, de Nederlandse Muziekprijs. Hij treedt regelmatig in binnen- en buitenland op, met vooraanstaande orkesten, en heeft samengewerkt met de dirigenten Frans Brüggen, Riccardo Chailly, Charles Dutoit, Ed Spanjaard, Bernard Haitink, Philippe Herreweghe, Ton Koopman, Roger Norrington, Simon Rattle, Edo de Waart en Andrew Parrott. Met de klarinettist Arjan Ariëns Kappers en coloratuursopraan Dieuwke Aalbers vormde hij jarenlang het Arcturus Trio dat een divers repertoire uitvoerde. Naast de ‘moderne’ piano is hij gespecialiseerd in het klassiek repertoire. Met musici als Ton Koopman, wijlen Frans Bruggen en Melvyn Tan werkt hij samen aan het klassiek pianowerk op pianoforte. Brautigam heeft alle pianosonates van Mozart op pianoforte uitgevoerd die nu ook op cd uitgegeven zijn, alsmede alle pianosonates van Beethoven.
Brautigam ontving veel lof voor zijn reconstructie van Beethovens allereerste pianoconcert Wo04, dat Beethoven in 1784 componeerde op dertienjarige leeftijd. De reconstructie is uitgegeven door Alba Music Press. In 2010 won Brautigam de prestigieuze Midem Classical Award voor zijn opname van dit weinig bekend en vroeg werk van Beethoven. Ronald Brautigam is ook begeleider. Zo is hij een vaste muziekpartner van de violiste Isabelle van Keulen. Tussen 2003 en 2015 nam Ronald Brautigam alle muziek voor solo-piano van Beethoven op, een enorme onderneming die resulteerde in een totaal van 15 veelgeprezen albums. In 2005 startte hij eerst met opnames van alle Beethoven-sonates en in 2008 volgden Beethovens pianoconcerti in samenwerking met Andrew Parrott. Brautigam koos ervoor om de werken op pianoforte uit te voeren. In 2010, na negen albums met sonates, nam hij vervolgens Beethovens variaties, bagatelles en andere kleinere pianostukken op, een duizelingwekkend scala aan werken, variërend van een Bagatelle van 11 seconden tot de monumentale Diabelli-variaties, en van een charmant Rondo in C, gecomponeerd door de 13-jarige Beethoven, tot een Andante-maestoso uit 1826. De sonate-opnames van Brautigam werden in 2014 in een box uitgebracht.
Franz Schubert Sonatas in A Major, D 959/D.960 Ronald Brautigam fortepiano cd BIS2624